schrikkelijk
- Geluid: schrikkelijk (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsxrɪkələk / (3 lettergrepen)
- schrik·ke·lijk
- van Middelnederlands schrickelijc, op te vatten als afgeleid van schrikken ww met het achtervoegsel -lijk of als verkorting van verschrikkelijk [1] [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | schrikkelijk | schrikkelijker | schrikkelijkst |
verbogen | schrikkelijke | schrikkelijkere | schrikkelijkste |
partitief | schrikkelijks | schrikkelijkers | - |
schrikkelijk
- (verouderd) zo erg dat je er geschokt of bang van wordt
- ▸ De wind die vrij spel heeft tussen de imposante Domtoren en Domkerk doet misschien denken aan het ‘schrikkelijk tempeest’ dat in 1674 het middenschip van de kerk wegsloeg.[3]
- ▸ Zulke rampen zullen er komen, de schrikkelijke vloeden zullen niet langer tot het verleden behoren, zoveel is wel duidelijk.[4]
- Het woord schrikkelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ schrikkelijk op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Leendert van der Valk“Utrecht wil historisch hart zichtbaar maken” (9 juni 2009) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Marjoleine de Vos“Vergeet de baby’s in de buitenwijken” (3 november 2006) op nrc.nl