schizotypische persoonlijkheidsstoornis

  • schi·zo·ty·pi·sche per·soon·lijk·heids·stoor·nis
enkelvoud meervoud
naamwoord schizotypische persoonlijkheidsstoornis -
verkleinwoord - -

de schizotypische persoonlijkheidsstoornisv

  1. (psychologie) een persoonlijkheidsstoornis waarbij een persoon zich sociaal isoleert, deviante gedragingen en gedachten heeft en vaak onconventionele opvattingen bezit, bijvoorbeeld het geloof in buitenzintuiglijke waarneming