Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sau·ve·gar·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sauvegarde sauvegardes
verkleinwoord sauvegardetje sauvegardetjes

Zelfstandig naamwoord

de sauvegardev / m

  1. document waarmee een bepaalde groep mensen of instellingen door een hoge autoriteit zoals de koning, werd gevrijwaard van plundering of brandschatting
Synoniemen
Verwante begrippen

Verwijzingen

Gangbaarheid

Meer informatie


Frans

Werkwoord

vervoeging van
sauvegarder

sauvegarde

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van sauvegarder
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van sauvegarder
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van sauvegarder