roodrugleeuwerik
- (IPA in voorbereiding)
- rood·rug·leeu·we·rik
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | roodrugleeuwerik | roodrugleeuweriken |
verkleinwoord | roodrugleeuwerikje | roodrugleeuwerikjes |
de roodrugleeuwerik m
- (zangvogels) Calendulauda erythrochlamys een zangvogel uit de familie Alaudidae (leeuweriken). Deze soort is endemisch in het westelijke deel van Centraal-Namibië
- Het woord 'roodrugleeuwerik' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.