roodbuikpademelon
- (IPA in voorbereiding)
- rood·buik·pa·de·me·lon
- samenstelling van roodbuik en en pademelon zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | roodbuikpademelon | roodbuikpademelons |
verkleinwoord | roodbuikpademelonnetje | roodbuikpademelonnetjes |
de roodbuikpademelon m
- (buideldieren) Thylogale billardierii een kangoeroe uit het geslacht der pademelons (Thylogale)
- Het woord 'roodbuikpademelon' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.