roodbrauwwinterkoning
- (IPA in voorbereiding)
- rood·brauw·win·ter·ko·ning
- samenstellende samenstelling van rood bn, brauw zn en winterkoning zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | roodbrauwwinterkoning | roodbrauwwinterkoningen |
verkleinwoord | roodbrauwwinterkoninkje | roodbrauwwinterkoninkjes |
de roodbrauwwinterkoning m
- (zangvogels) Troglodytes rufociliatus een zangvogel uit de familie Troglodytidae (Winterkoningen). Deze soort komt voor van zuidelijk Mexico tot Nicaragua en telt 3 ondersoorten
- Het woord 'roodbrauwwinterkoning' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.