ringhoorn
- ring·hoorn
- samenstelling van ring en hoorn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ringhoorn | ringhoorns |
verkleinwoord | ringhoorntje | ringhoorntjes |
de ringhoorn m
- (techniek) (gereedschap) kegelvormig hulpstuk dat op een aambeeld wordt geplaatst om daaromheen een oog te smeden
- De smid smeedde aan de staaf nog een ring met behulp van de ringhoorn .
- Het woord 'ringhoorn' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.