rebels
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·bels
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | rebels | rebelser | rebelst |
verbogen | rebelse | rebelsere | rebelste |
partitief | rebels | rebelsers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
rebels
- opstandig, balorig, geneigd tot verzet
- ▸ Omdat ik nog nooit op een naaktstrand of naturistencamping was geweest, merkte ik voor het eerst hoe natuurlijk het voelt om zonder kleren door de natuur te lopen. In deze onbewoonde omgeving was het ook niet raar of rebels.[1]
- ▸ Ze was als rebelse tiener al op haar 16e van huis gegaan en had, met veel geëxperimenteer, geleerd op haar eigen benen te staan.[1]
Vertalingen
1. opstandig, balorig, geneigd tot verzet
Gangbaarheid
- Het woord rebels staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rebels" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ 1,0 1,1 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
Uitspraak
- Geluid: rebels (VS) (hulp, bestand)
- IPA: / rɪˈbels /
Woordafbreking
- re·bels
Zelfstandig naamwoord
rebels mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord rebel