pruimkopmargrietje
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- pruim·kop·mar·griet·je
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van pruim zn, kop zn en margrietje zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ||
verkleinwoord | pruimkopmargrietje | pruimkopmargrietjes |
Zelfstandig naamwoord
het pruimkopmargrietje o dim. tant.
- (papegaaiachtigen) Pionus tumultuosus een vogel uit de familie Psittacidae (papegaaien van Afrika en de Nieuwe Wereld). Deze soort komt voor van centraal Peru tot Bolivia
Hyperoniemen
- margrietjes, papegaaien van Afrika en de Nieuwe Wereld, papegaaiachtigen, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'pruimkopmargrietje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.