polshorloge
- Geluid: polshorloge (hulp, bestand)
- pols·hor·lo·ge
- samenstelling van pols en horloge
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | polshorloge | polshorloges |
verkleinwoord | polshorlogetje | polshorlogetjes |
het polshorloge o
- een uurwerk dat om de pols gedragen wordt
- Hij had net een nieuw polshorloge gekocht, daarom moest het bandje nog iets worden ingekort.
1. een uurwerk dat om de pols gedragen wordt
- Het woord polshorloge staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "polshorloge" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be