• plu·vio·graaf
enkelvoud meervoud
naamwoord pluviograaf pluviografen
verkleinwoord pluviograafje pluviograafjes

de pluviograafm

  1. een toestel dat de hoeveelheid gevallen neerslag meet, en deze registreert voor elk meetogenblik binnen een vastgestelde periode
    • De pluviograaf was niet betrouwbaar meer. 
  • Waar een pluviograaf een reeks van meetpunten oplevert, registreert een pluviometer slechts de cumulatieve som van alle regen binnen de vastgestelde periode.