pleegmoeder
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: pleegmoeder (hulp, bestand)
- IPA: / ˈplexmudər / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- pleeg·moe·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pleegmoeder | pleegmoeders |
verkleinwoord | pleegmoedertje | pleegmoedertjes |
Zelfstandig naamwoord
de pleegmoeder v
- vrouw die een kind van een ander echtpaar als haar eigen kind verzorgt
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord pleegmoeder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pleegmoeder" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be