Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • pijp·tor·kruid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pijptorkruid pijptorkruiden
verkleinwoord pijptorkruidje pijptorkruidjes

Zelfstandig naamwoord

het pijptorkruido [2] [3]

  1. (bloemplanten) Oenanthe fistulosa   een vaste plant, die behoort tot de schermbloemenfamilie (Apiaceae  ). De soort komt van nature voor in West-, Midden- en Zuid-Europa, Noordwest-Afrika en Zuidwest-Azië. De plant wordt 30–70 cm hoog en heeft een kale, weinig vertakte, buisvormige, gegroefde, holle en op de knopen vaak ingesnoerde stengel. De bladeren zijn enkel geveerd met smalle blaadjes
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen