parkeerplaats
- par·keer·plaats
- samenstelling van parkeer ww en plaats zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | parkeerplaats | parkeerplaatsen |
verkleinwoord | parkeerplaatsje | parkeerplaatsjes |
- plek waar auto's of andere voertuigen geparkeerd kunnen worden
- autodateparkeerplaats, homoparkeerplaats, invalidenparkeerplaats, park-and-rideparkeerplaats, privéparkeerplaats, satellietparkeerplaats
1. plek waar auto's of andere voertuigen geparkeerd kunnen worden
- Het woord parkeerplaats staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "parkeerplaats" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Peter Giesen“Route Nationale 7, leuker dan de Route du Soleil” (30 juli 2014), de Volkskrant
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be