parelvis

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  parelvis    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• pa·rel·vis

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  parel zn  en  vis zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	parelvis	parelvissen
verkleinwoord	parelvisje	parelvisjes

Zelfstandig naamwoord

de parelvis m

1. (straalvinnigen) Carapus acus  een straalvinnige vissensoort uit de familie van parelvissen (Carapidae ). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1768 door Brünnich

Hyperoniemen

• parelvissen, naaldvisachtigen, kabeljauwachtige beenvissen, beenvissen, straalvinnigen, beenvisachtigen, gewervelden, chordadieren, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'parelvis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.