Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
overluid
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Woordherkomst en -opbouw
1.4
Bijvoeglijk naamwoord
1.4.1
Synoniemen
1.5
Gangbaarheid
1.6
Verwijzingen
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
overluid
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
over·luid
Woordherkomst en -opbouw
samenstelling
van
over
vz
en
luid
bn
[
1
]
stellend
vergrotend
overtreffend
onverbogen
overluid
overluider
overluidst
verbogen
overluide
overluidere
overluidste
partitief
overluids
overluiders
-
Bijvoeglijk naamwoord
overluid
[
2
]
te lawaaierig; op een hinderlijke manier luid
▸
'Heere, zegen deze spijze,' bad Jaap
overluid
als bij grootmoe.
[
3
]
Synoniemen
luidkeels
,
hardop
,
luidop
Gangbaarheid
Het woord
overluid
staat in de
Woordenlijst Nederlandse Taal
van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
↑
overluid
op website: Etymologiebank.nl
↑
Woordenboek der Nederlandsche taal
(1864-2001).
↑
Jacobus van Looy
“Jaap”
(1923), Saga,
ISBN 9788728433294