Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • over·ge·voe·lig
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen overgevoelig overgevoeliger overgevoeligst
verbogen overgevoelige overgevoeligere overgevoeligste
partitief overgevoeligs overgevoeligers -

Bijvoeglijk naamwoord

overgevoelig

  1. te gevoelig
    • Als je heel erg moe bent ben je overgevoelig voor harde geluiden. 
  2. te heftig reageren op
  3. allergisch
    • De patiënt was overgevoelig voor Penicilline en ging bijna dood aan de allergische reactie. 
Synoniemen
  1. kleinzerig, sensitief, sentimenteel
  2. prikkelbaar

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be