opofferen
- op·of·fe·ren
- samenstelling van op bw en offeren ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
opofferen |
offerde op |
opgeofferd |
zwak -d | volledig |
opofferen
- overgankelijk bij noodzaak moeten gebruiken
- overgankelijk laten doden in een gevecht
- overgankelijk bewust prijsgeven
zich opofferen
- wederkerend je eigen ondergang aanvaarden voor iets wat je belangrijk vindt
- wederkerend (figuurlijk) je volledig voor iets inspannen
1./2./3. bij noodzaak moeten gebruiken, laten doden of bewust prijsgeven
4./5. zich opofferen
- Het woord opofferen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opofferen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ 1,0 1,1 1,2 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be