• open·ge·werkt
vervoeging van: openwerken…
verbogen vorm: opengewerkte

opengewerkt

  1. voltooid deelwoord van openwerken
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen opengewerkt opengewerkter opengewerktst
verbogen opengewerkte opengewerktere opengewerktste
partitief opengewerkts opengewerkters -

opengewerkt [1]

  1. door verwijderen van materiaal opgemaakt
     Daarachter ontvouwde zich het tweede deel van het plein, als een verborgen surprise, geflankeerd door het onwereldse dogepaleis, dat leek te zweven met twee breekbaar ogende, opengewerkte benedenverdiepingen onder een stoere, middeleeuwse bovenbouw, en de twee zuilen waarachter het plaveisel zonder muurtje, hek, verkeersbord of waarschuwing overging in het water van Canal Grande, de lagune en de open zee.[2]