Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • open·ge·werk·te

Werkwoord

vervoeging van: openwerken…
verbogen vorm: opengewerktee

opengewerkte

  1. verbogen vorm van opengewerkt, voltooid deelwoord van openwerken

Bijvoeglijk naamwoord

opengewerkte

  1. verbogen vorm van de stellende trap van opengewerkt

Gangbaarheid