• op·brengst·huis

hetopbrengsthuiso

  1. (economie) gebouw dat men in zijn bezit heeft als belegging
     En als ons huis afbetaald is, denk ik dat we zullen sparen voor een opbrengsthuis, of een buitenverblijf in Slovenië waar ik zou kunnen schrijven.'[1]
  1. Bronlink Weblink bron
    jan bosteels
    “Van niets iets maken” (15/12/2007), De Standaard