oostelijke grassluiper
- (IPA in voorbereiding)
- oos·te·lij·ke gras·slui·per
- verbinding van oostelijke en grassluiper
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oostelijke grassluiper | oostelijke grassluipers |
verkleinwoord | oostelijk grassluipertje | oostelijke grassluipertjes |
de oostelijke grassluiper m
- (zangvogels) Amytornis modestus een zangvogel uit de familie Maluridae (elfjes). Deze soort is endemisch in Australië en telt 6 ondersoorten
- Het woord 'oostelijke grassluiper' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.