• oor·logs·ma·te·ri·aal
enkelvoud meervoud
naamwoord oorlogsmateriaal oorlogsmaterialen
verkleinwoord

het oorlogsmateriaalo [1]

  1. (militair) zaken die een leger gebruikt in een oorlog
     De Fransen hadden al oorlogsmateriaal en -geld geleverd, maar Franklin vraagt meer om Groot-Brittannië te kunnen verslaan.[2]
     Het is grievend voor Frankrijk, dat uw regering ons het oorlogsmateriaal onthoudt waarmee wij de Amerikaanse vrijheidsstrijders willen helpen.[3]
     Aflevering 4: Twee procent. NAVO-correspondent Kysia Hekster vertelt hoe de financiële politiek van de NAVO achter de schermen werkt en op de kazerne in Eibergen legt generaal Tak uit waarin het geld geïnvesteerd wordt. Volgens pacifist Reinoud Doeschot is investeren in oorlogsmateriaal niet de oplossing. En is een mogelijk vertrek van de Amerikanen uit de NAVO echt aan de orde?[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Benjamin Franklin De Kracht van de attractie” (2023), Uitgeverij Davey Jones Publishing, ISBN 9789464496352
  3. Johanna van Ammers-Küller
    “Tavelinck-trilogie” (1970), Strengholt, ISBN 9060101723
  4.   Weblink bron “Podcast De Dag presenteert: 75 jaar NAVO” (Maandag 25 maart, 15:36), NOS