• ont·remd
  • vervoeging van ontremmen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen ontremd ontremder ontremdst
verbogen ontremde ontremdere ontremdste
partitief ontremds ontremders -

ontremd

  1. zonder remmingen
    • Lammers: 'Machtige mensen zijn vaak gokkers. De meeste mensen houden niet van risico's, machtige mensen wel. Als buitenstaander denk je: hoe kon Jack de Vries of Bill Clinton ooit denken dat de affaire niet naar buiten zou komen? Maar dat heeft te maken met de psychologie van de macht. Macht werkt een beetje als alcohol: je blik wordt nauwer, je raakt wat ontremd, je neemt meer risico. Je ziet alleen je eigen doel en je bent blind voor de visie van anderen.' [1] 
    • Vrijwel alle dementerenden in verpleeghuizen vertonen probleemgedrag dat varieert van prikkelbaarheid tot agressie,ontremd gedrag en hallucinaties. Dat concludeert specialist ouderengeneeskunde Roland Wetzels van het Nijmeegse ziekenhuis UMC St Radboud in een studie waarop hij maandag 19 december promoveert. [2] 
    • In een les over seksualiteit met uitweidingen over hiv-infecties, in-vitrofertilisatie en resusfactorcomplicaties gaat het mis als een buitenissige gepiercete ADHD-leerling ontremd door ecstasy, meibock en qat op scabreuze wijze Alex' theorieën becommentarieert, wat leidt tot totale chaos. [3] 
vervoeging van: ontremmen…
verbogen vorm: ontremde

ontremd

  1. voltooid deelwoord van ontremmen
83 % van de Nederlanders;
75 % van de Vlamingen.[4]