ongeschoren gitje
- (IPA in voorbereiding)
- on·ge·scho·ren git·je
- verbinding van ongeschoren en gitje
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ||
verkleinwoord | ongeschoren gitje | ongeschoren gitjes |
het ongeschoren gitje o dim. tant.
- (tweevleugeligen) Cheilosia barbata een vliegensoort uit de familie van de zweefvliegen (Syrphidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1857 door Loew
- Het woord 'ongeschoren gitje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.