omdopen
- om·do·pen
- samenstelling van om bw en dopen ww
omdopen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
omdopen |
doopte om |
omgedoopt |
zwak -t | volledig |
- opnieuw dopen
- iets of iemand een andere, nieuwe naam geven
- Misschien moeten ze de Trump Tower gewoonweg omdopen in het Russisch Huis. En een gedenkplaat hangen in de kamer op de 25ste verdieping waar Donald Trump Jr., Jared Kushner en Paul Manafort in juni 2016 met een Russische advocaat overlegden in de hoop dat het Kremlin hen zou helpen om Hillary Clinton onderuit te halen. [2]
- Het Martinusplein in Losser omdopen tot horecaplein, met restaurants en ruime terrassen. Een plan daarover is serieuzer dan ooit. Er wordt ook gedacht aan een nieuwe muziekkoepel, op de plek waar nu nog het oorlogsmonument staat. Dat moet elders een 'eerbiedwaardige' plaats krijgen. [3]
- [2] hernoemen
- Het woord omdopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "omdopen" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard DONDERDAG 13 JULI 2017
- ↑ Tubantia 26-08-2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be