oefenterrein
- oe·fen·ter·rein
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oefenterrein | oefenterreinen |
verkleinwoord | oefenterreintje | oefenterreintjes |
het oefenterrein o
- terrein voor militaire oefeningen
- In 2013 beschoot een Nederlandse F-16-piloot tijdens een trainingsvlucht per ongeluk met een M61A 20 mm-boordkanon de controletoren op de Vliehors op Vlieland. Dit militaire oefenterrein is de enige plek in Nederland waar gevechtsvliegtuigen mogen oefenen met boordwapens. [2]
- In de bossen nabij een militair oefenterrein in Harderwijk is vanavond het levenloze lichaam van een man gevonden. Hoe hij om het leven kwam is nog onbekend. Omdat de man werd gevonden op een militair oefenterrein voert de Koninklijke Marechaussee het onderzoek uit. [3]
- sportterrein, trainingsveld, entrainement
- plaats waar men een vaardigheid kan uitproberen
- Wat de aanhoudende populariteit van dat jeugdhuis vooral verklaart, is het laagdrempelige karakter ervan. In 1967 werd er op de stage voor jeugdhuismedewerkers te Wemmel gevreesd dat de meeste jongeren vooral wilden ‘kussen, vrijen, drinken en dansen’. Meer moest dat niet zijn, zo bleek achteraf. Pogingen in de jaren zeventig en tachtig vanuit de katholieke, socialistische en liberale zuilen om de jongeren binnen het jeugdhuis op het juiste ideologische pad te krijgen, bleken naïef. Het contact tussen de jongeren bleek op zich al relevant. Tot vandaag. Een studie van de Vlaamse overheid spreekt over een ‘oefenterrein voor democratische besluitvorming,’ waarbij diversiteit en openheid centraal staat. Zelforganisatie ook. Jongeren kunnen er ‘experimenteren, met vallen en opstaan’. [4]
- Het woord oefenterrein staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Volkskrant 25 april 2016
- ↑ Tubantia 30-08-2017
- ↑ de Standaard WOENSDAG 30 AUGUSTUS 2017