Notitieboekjes
  • no·ti·tie·blok
enkelvoud meervoud
naamwoord notitieblok notitieblokken
verkleinwoord notitieblokje notitieblokjes

het notitiebloko

  1. een aantekenboekje met afscheurbare blaadjes
    • Hij had zijn waarnemingen keurig in zijn notitieblok genoteerd. 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be