negenhonderdentien
Nederlands
0 | 9 | 1 | 0 |
negenhonderdentien,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: negenhonderdentien (hulp, bestand)
- IPA: / ˌneɣə(n)ˌhɔndərtɛnˈtin / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- ne·gen·hon·derd·en·tien
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van negenhonderd ht, en vw en tien ht
Hoofdtelwoord
negenhonderdentien
- "910", langere vorm van negenhonderdtien, negenhonderd plus tien
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft negenhonderdentien euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot negenhonderdentien.
- om een hoeveelheid aan te geven
Synoniemen
- negenhonderdtien (deze kortere vorm wordt meer gebruikt)[1] [2]
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "negenhonderdentien" ht als linkerdeel
Gangbaarheid
- Het woord 'negenhonderdentien' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)