muurschildering

Nederlands

1. Een muurschildering in Breda .

Uitspraak

• Geluid:  muurschildering    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈmyrsxɪldəˌrɪŋ / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• muur·schil·de·ring

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van muurschilderen met het achtervoegsel -ing, in de betekenis van ‘voorstelling op muren’ voor het eerst aangetroffen in 1873

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	muurschildering	muurschilderingen
verkleinwoord	muurschilderingetje	muurschilderingetjes

Zelfstandig naamwoord

de muurschildering v

1. met verf op een wand aangebrachte afbeelding

   • De muurschildering had de tand des tijds goed doorstaan. 

Synoniemen

• wandschildering

Vertalingen

    1.   

Engels: mural (en)

Spaans: mural (es) m

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord muurschildering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.