Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mi·trail·leur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mitrailleur mitrailleurs
verkleinwoord mitrailleurtje mitrailleurtjes

Zelfstandig naamwoord

de mitrailleurm [3]

  1. (militair) een volautomatisch snelvuurwapen waarmee in korte tijd een groot aantal projectielen afgevuurd kunnen worden
  2. (beroep) iemand die een automatisch snelvuurgeweer hanteert
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen
   1. zie: machinegeweer   

Gangbaarheid

94 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen