Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • meng·bak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mengbak mengbakken
verkleinwoord mengbakje mengbakjes

Zelfstandig naamwoord

mengbak m [1]

  1. een bak waarin je verschillende (vloei)stoffen door elkaar heen kunt mengen
    • Zeef de siroop, doe het in de mengbak van uw ijsmachine en zet het even in de diepvries zodat het alvast goed koud wordt.[2] 
    • Met een energiezuinig vacuümpompsysteem wordt dit zoute water aangezogen naar een grote mengbak. Het Grevelingenwater is bijna even zout als de Noordzee, met een zoutgehalte van zo'n 17.000 milligram chloride per liter. Dit zoute water wordt volautomatisch opgemengd met zoet polderwater tot een voor brakwaternatuur ideaal mengsel van zo'n 3500 milligram per liter. [3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Roos Ouwehand 27 juli 2011
  3. NRC Marion de Boo 27 mei 2006
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be