masterstudie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mas·ter·stu·die
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van master zn en studie zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | masterstudie | masterstudies |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de masterstudie v
- (onderwijs) opleiding die volgt op een bacheloropleiding en waarbij de student een mastertitel krijgt na voltooien van deze opleiding
- ▸ Wat hij nu gaat doen, is nog even de vraag. "Deze beslissing moest ik eerst nemen. Nu begint de volgende fase. Wat ik precies wil, weet ik nog niet. Daar ga ik rustig over nadenken. Een masterstudie zou ik ook nog graag eens doen." Dat zou voor De Vries een vervolg zijn op zijn afgeronde studie bio-technolgie.[1]
- ▸ Relatief minder studenten stroomden door van een bacheloropleiding naar een masterstudie sinds in 2015 het leenstelsel is ingevoerd, concludeert het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) na onderzoek naar de studententijd van enkele honderdduizenden jongeren. Zo begon in 2014, een jaar voor de invoering van het leenstel, nog 85 procent van de studenten na hun bacheloropleiding aan een master. In 2018 was dat gedaald naar 70 procent.[2]
- ▸ Het plan voor een onderwijsbolwerk in het enorme gebouw werd in 2016 gelanceerd, schrijft NH Nieuws. Haarlem Campus biedt particulier hoger beroepsonderwijs, waar drie bachelorstudies en een masterstudie gevolgd kunnen worden. Uiteindelijk moet het een volwaardige University College worden.[3]
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord masterstudie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron “De Vries is eruit: na twintig jaar topsport stapt hij van het ijs” (5 maart 2020, 06:22), NOS
- ↑ Weblink bron “CBS: minder studenten stroomden door naar masteropleiding na invoering leenstelsel” (18 mei 2021, 01:02), NOS
- ↑ Weblink bron “Studenten krijgen les in oude koepelgevangenis Haarlem” (30 september 2022, 19:26), NOS
