links de rode maankop met de gele zaaddoos
  • maan·kop
enkelvoud meervoud
naamwoord maankop maankoppen
verkleinwoord

de maankopm

  1. de bolle zaaddoos van een papaver of klaproos
  2. klaproos, papaver
41 % van de Nederlanders;
50 % van de Vlamingen.[3]