maagpatiënt
- Geluid: maagpatiënt (hulp, bestand)
- maag·pa·ti·ent
- samenstelling van maag zn en patiënt zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | maagpatiënt | maagpatiënten |
verkleinwoord | maagpatiëntje | maagpatiëntjes |
- (medisch) persoon met een maagziekte
- Het woord maagpatiënt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.