loonakkoord

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  loonakkoord    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈlonɑˌkort / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• loon·ak·koord

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  loon zn  en  akkoord zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	loonakkoord	loonakkoorden
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

het loonakkoord o

1. (economie) afspraak over de hoogte van salarissen in een bedrijf of bedrijfstak tussen vakbonden en werkgever(s)

   ▸ De vakbonden die het grondpersoneel van Air France vertegenwoordigen, hebben vrijdag na maanden onderhandelen een loonakkoord gesloten met de directie van de Franse luchtvaartmaatschappij. De bagage-afhandelaars en technici krijgen een loonsverhoging en meer ruimte voor eventuele bonussen.

   ▸ En in een poging om nationale loonakkoorden te beschermen proberen de Duitse autoriteiten de bouw en andere sectoren strenger af te schermen voor andere EU-burgers.

Holoniemen

• cao

Gangbaarheid

• Het woord loonakkoord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.