liesgrasboorder
- (IPA in voorbereiding)
- lies·gras·boor·der
- samenstelling van liesgras zn en boorder zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | liesgrasboorder | liesgrasboorders |
verkleinwoord | liesgrasboordertje | liesgrasboordertjes |
liesgrasboorder
- (vlinders) Phragmatiphila nexa een nachtvlinder uit de familie van de uilen, de Noctuidae. De spanwijdte bedraagt tussen de 18 en 30 millimeter. De grondkleur van de voorvleugels is lichtbruin, de soort is gemakkelijk te herkennen aan de lichte niervlek waaraan een uitstulping zit
- Het woord 'liesgrasboorder' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.