liefdeshuwelijk
- Geluid: liefdeshuwelijk (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlivdəsˌhywələk / (5 lettergrepen)
- lief·des·hu·we·lijk
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | liefdeshuwelijk | liefdeshuwelijken |
| verkleinwoord |
het liefdeshuwelijk o
- huwelijk alleen op basis van liefde
- Je zou het een gemengd huwelijk kunnen noemen: Hasib is Tadzjiek, terwijl Arzu een Oezbeekse is. Het is bovendien geen gearrangeerd huwelijk. Hasib en Arzu hebben elkaar leren kennen op het werk, bij een Afghaans televisiestation. Ze werden verliefd op elkaar, hoewel niemand het zo noemt. Een liefdeshuwelijk in Afghanistan, een ongebruikelijk fenomeen.[1]
- (figuurlijk) twee of meer personen of zaken die goed samengaan
- Beetje maar. Het is leuk eten, origineel en avontuurlijk, al komt dat in de volgende ronde niet steeds uit de verf. De gefrituurde envelopjes met paddenstoel en tempé smaken suf. De coquilles staan onder het hoofdstuk 'grilled', maar worden nagenoeg rauw geserveerd op gebruinde schorseneren, wat geen liefdeshuwelijk is. De kwartel is vooral goed gebakken. Dat is ook wat waard; niks zo erg als half rauwe kwartel.[2]
- 'Onze vriendschappelijke relatie bestaat al honderden jaren en we zitten nu in een dal, zeker. Maar in een vriendschap moet je elkaar tegemoet komen als je het een keer niet met elkaar eens bent. Het is geen liefdeshuwelijk nee, maar dat hoeft ook niet. Waar het mij als activist om gaat, is dat je toch invloed kunt uitoefenen en het is de taak van minister Timmermans om helder te zeggen wat wij bijvoorbeeld vinden van die vreselijke wet die homo's discrimineert.'[3]
- Het woord liefdeshuwelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.