leigrijs dikbekje
- (IPA in voorbereiding)
- lei·grijs dik·bek·je
- verbinding van leigrijs en dikbekje
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ||
verkleinwoord | leigrijs dikbekje | leigrijze dikbekjes |
het leigrijs dikbekje o dim. tant.
- (zangvogels) Sporophila schistacea een zangvogel uit de familie Thraupidae (tangaren). Deze soort telt 4 ondersoorten
- Het woord 'leigrijs dikbekje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.