• las·ap·pa·raat
enkelvoud meervoud
naamwoord lasapparaat lasapparaten
verkleinwoord - -

het lasapparaato

  1. (elektrotechniek), (gereedschap) (voor elektrisch (boog)lassen) is een apparaat dat bij de benodigde spanning (ca. 45 Veff wisselstroom (AC) of 70 V gelijkstroom (DC), de voor het lassen benodigde stroom van grote sterkte levert
  2. (gereedschap) apparaat om metalen autogeen te lassen