larvenamarant
- (IPA in voorbereiding)
- lar·ven·ama·rant
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | larvenamarant | larvenamaranten |
verkleinwoord | larvenamarantje | larvenamarantjes |
de larvenamarant m
- (zangvogels) Lagonosticta larvata een tot de familie van de prachtvinken (Estrildidae) behorend zangvogeltje. De vogel komt voor in het Sahelgebied van Soedan tot Senegal (Afrika) en wordt ook als kooivogel gehouden
- Het woord 'larvenamarant' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.