Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • lang·oor·bui·del·das
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord langoorbuideldas langoorbuideldassen
verkleinwoord langoorbuideldasje langoorbuideldasjes

Zelfstandig naamwoord

de langoorbuideldasm

  1. (buideldieren) zoogdier uit het geslacht Macrotis   van Australische buideldassen, het enige van de familie Thylacomyidae. De langoorbuideldassen zijn eerder ook wel tot de familie Peramelidae gerekend, de echte buideldassen. Het pliocene fossiel Ischnodon   is mogelijk verwant aan de langoorbuideldassen. Er bestaan twee soorten, de uitgestorven kleine langoorbuideldas (M. leucura) en de kwetsbare grote langoorbuideldas (M. lagotis), beide uit de droge binnenlanden van Australië. Langoorbuideldassen zijn grote buideldassen met lange, sterke poten, een lange staart en grote, lange oren
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Meer informatie