lampetkan
- lam·pet·kan
- samenstelling van lampet zn en kan zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lampetkan | lampetkannen |
verkleinwoord | lampetkannetje | lampetkannetjes |
- een kan met waswater, vaak samen met een ondiepe teil, de waskom (lampetkom), bedoeld om zich in de morgen mee te kunnen wassen
- Toen stromend water nog niet algemeen was, was de lampetkan een heel gewoon verschijnsel.
1. een kan met waswater, vaak samen met een ondiepe teil, de waskom, bedoeld om zich in de morgen...
- Het woord lampetkan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lampetkan" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
49 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be