kruismuur
- (IPA in voorbereiding)
- kruis·muur
- samenstelling van kruis en muur zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kruismuur | kruismuren |
verkleinwoord | kruismuurtje | kruismuurtjes |
- (bloemplanten) Moenchia erecta een kleine eenjarige plant die behoort tot de anjerfamilie (Caryophyllaceae ). De plant komt voor in het Middellandse Zeegebied en West-Europa. In Nederland kwam de soort tot 1950 voor in Zuid-Limburg ; hierna is deze niet meer waargenomen. De kruismuur wordt 2 tot 10 cm hoog. De witte bloemen bloeien van april tot juni. De vrucht is een doosvrucht
- Het woord 'kruismuur' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.