kroonkruidblauwtje
- (IPA in voorbereiding)
- kroon·kruid·blauw·tje
- samenstelling van kroonkruid zn en blauwtje zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ||
verkleinwoord | kroonkruidblauwtje | kroonkruidblauwtjes |
het kroonkruidblauwtje o dim. tant.
- (vlinders) Plebejus argyrognomon een vlinder uit de familie van de Lycaenidae, de kleine pages, vuurvlinders en blauwtjes. De spanwijdte bedraagt 25 tot 30 millimeter
- Het woord 'kroonkruidblauwtje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.