Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • kraai·look
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kraailook kraailoken
kraailooks
verkleinwoord kraailookje kraailookjes

Zelfstandig naamwoord

kraailook m / o / o

  1. (bloemplanten) Allium vineale   een plant uit de narcisfamilie (Amaryllidaceae  ). Het is een zich in Nederland steeds meer uitbreidende plant. Groeiplaatsen zijn weilanden, bossen, bosranden, ruderale plaatsen in de duinen, bermen, rivierduinen, stadswallen, lanen, parken, wijngaarden, spoorbermen, rivierdijken, hogere delen van uiterwaarden en rotsachtige plaatsen. De bloemen staan op lange, rechte, iets paarse stelen in een losbloemige scherm
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen