kosmoloog Stephen Hawking
  • kos·mo·loog
enkelvoud meervoud
naamwoord kosmoloog kosmologen
verkleinwoord

de kosmoloogm

  1. (wetenschap) iemand die het heelal als geheel bestudeert
    • De Britse kosmoloog en wiskundige Stephen Hawking heeft een IQ van 160. Niet slecht, maar de 14-jarige Australiër Sharvin Jeyendran doet beter. Met een IQ van 168 is voor de jongen een grootse toekomst weggelegd. [2] 
    • 'Welbeschouwd ben ik gaan schrijven omdat ik te bang ben om te stelen, te lelijk om de acteren, te zwak om te vechten en te slecht in wiskunde om kosmoloog te zijn.' Terwijl ook de voortekenen voor die loopbaan aanvankelijk weinig veelbelovend waren, aldus de auteur. 'Ik herinner mij nog goed wat mijn docent creative writing in 1988 zei: 'Weet je, Paul, je bent gewoon niet zo'n goede schrijver. Ik zou er als ik jou was maar mee stoppen'.' [3] 
86 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[4]