kookpan
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kookpan (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkokpɑn / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈkok.pɑn/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈkok.pɑn/
- (Limburg): /ˈkok.pɑn/
Woordafbreking
- kook·pan
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kook ww en pan
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kookpan | kookpannen |
verkleinwoord | kookpannetje | kookpannetjes |
Zelfstandig naamwoord
- (huishouden) (kookkunst) een pan om in te koken
- Ik kan de braadpannen wel vinden, maar waar hebben jullie de kookpannen?
- ▸ We verzamelden in de Franse Alpen en lieten de auto’s achter, behalve een Renault 4 Station F4. Deze werd volgestouwd met alle tenten, kookpannen, matjes, slaapzakken en talloze andere dingen.[1]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord kookpan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kookpan" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be