Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • ko·gel·gor·del·dier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kogelgordeldier kogelgordeldieren
verkleinwoord kogelgordeldiertje kogelgordeldiertjes

Zelfstandig naamwoord

het kogelgordeldiero

  1. (gordeldierachtigen) Tolypeutes matacus   buideldier uit de familie van de gordeldieren (Dasypodidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Desmarest in 1804.
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie