1. uitwerpselen van rundvee
  • koei·en·kak
enkelvoud meervoud
naamwoord koeienkak
verkleinwoord

de koeienkakm

  1. (spreektaal) uitwerpselen van rundvee
    • Dikwijls hoort men ze ook zeggen: (…) kou-kakd (= koeienkak, d.w.z. niet te vertrouwen, gelijk de koeienkak, die hard van buiten, zacht van binnen is). [1]